24 december, een Kerstengel aan het werk

Er loopt een vrouw op straat, haar schouders hangen af.

Ze draagt in haar linker hand een boodschappentas.

Haar passen zijn snel, haar haren druipen van de regen.

Ik zie haar gaan, een hard gezicht.

Om de hoek houdt ze plots haar pas in, ze gaat een huis binnen.

Een huis zonder verlichte ramen, er wacht niemand op haar.


Ze pakt de tas uit, het is niet veel.

Een kleine rollade, een net mandarijnen, een halve liter wijn, een kerststol en een pakje roomboter.

Zuchtend loopt ze richting haar sobere woonkamer.

Niets in de kamer wijst er op dat het morgen Kerstmis is.

Nergens staat een kerstkaart, ze krijgt er al jaren geen meer.

Soms denkt ze terug aan de tijd dat alles anders was.

Ook vandaag weer.

Ze werkte 16 uur per dag, had een florerend bedrijf.

Reed een dure auto en kwam 's avonds thuis in een kapitale villa.

Van haar medewerkers verwachtte ze 200% inzet.

Met minder nam ze geen genoegen.

Tijd om hen te leren kennen was er niet, ze was altijd druk.

Op de Kerstborrel liet ze even haar neus zien, knikte, groette en weg was ze weer er was altijd nog wel een

telefoontje dat gepleegd moest worden.

Ze was een mooie elegante vrouw, zonder warmte.

Opeens ging alles mis, haar grootste afnemer ging naar een concurrent, haar beste medewerkers vertrokken.

Ze ging vrijwel dag en nacht werken om het op te vangen.

Het mocht niet baten, haar bedrijf was niet meer te redden.

Op een dag was ze alles kwijt, bedrijf, villa, dure auto en status.

Ze was gedoemd in een kleine huurwoning te gaan wonen, werk vond ze niet.

Haar dagen werden leeg en somber.

Niemand had medelijden, net zoals zij dat nooit had met haar medewerkers.

Familie zag ze al jaren niet meer, ze had nooit tijd voor hen.

Haar doel was veel verdienen en een luxe leven leiden.

Van haar jetset vrienden zag ze niemand meer.

Oh ja, als ze in de supermarkt langs de tijdschriften liep zag ze hun foto op de covers van de roddelbladen.

Ooit werd ze omringd door mooie mannen, ze hoefde maar met haar vingers te knippen.

Met Kerst namen ze haar mee naar chique diners, feesten of luxe oorden.

Nooit meer iets van hen gehoord.

Ze zouden haar niet eens meer herkennen.

Zouden ze nog wel eens aan haar denken?

Ze schrikt op uit haar herinneringen, de deurbel gaat.

Er staat een kleine jongen voor de deur, in zijn handen houdt hij een kerststukje.

"Hier voor u mevrouw.

We wonen aan de overkant en mama zegt dat u niemand heeft.

Steek de kaars maar aan dan heeft u een mooi lichtje.

Een lichtje van hoop."

Als ze het niet aanpakt, zet de jongen het stukje voor haar voeten en loopt weg.

Ze ziet zijn moeder aan de overkant haar duim opsteken naar hem.

Hij kijkt nog even om naar haar met een warme blik in zijn stralende ogen.

Zo'n vriendelijke blik zag ze lang niet, ze bukt en pakt het kerststukje op.

Binnen zet ze het op de salontafel.

Ze gaat op zoek naar lucifers, de kaars steekt ze aan.

De kamer krijgt door het kleine vlammetje plots iets warms.

Ik zie haar ogen even oplichten.

Hij raakte haar hart even aan die kleine jongen van de overkant.

Ze rilt en staart uit het raam.

Er loopt een groepje mensen op straat, ze bellen bij haar aan.

Schichtig opent ze de deur.

Het groepje begint te zingen: 'komt allen tezamen jubelend van vreugde'

Wat moet ze doen de deur dicht doen of beleefd luisteren?

Ze zingen mooi en kijken haar met stralende ogen aan.

Even raken ze haar hart.

Verwachten ze nu iets van haar?

Ze laat de deur open staan en haalt binnen mandarijnen, voor ieder twee.

Het groepje wenst haar Prettig Kerstfeest en loopt zingend verder.

Ze keert weer terug, het kaarsje brandt vredig.

Haar kamer lijkt anders, gezellig bijna.

Ze knikkebolt wat in haar stoel.

De bel doet haar opschrikken, er staat een jonge vrouw voor de deur.

De vrouw heeft vaag iets bekends.

'Buurvrouw, een appeltaart voor u. Zalig Kerstfeest.'

Weg loopt de vrouw en gaat het huis naast haar in.

Ze voelt haar ogen vochtig worden, ze zal toch geen kou gevat hebben.

Als ze halverwege de gang is, wordt er weer aangebeld.

Een man die ze wel eens met zijn hondje ziet lopen kijkt haar vriendelijk aan.

Hij steekt haar wat dennentakken toe.

'Voor u, wij hebben er teveel.

Hier, in het zakje heeft mijn vrouw wat ballen en lint gedaan dan kunt u ze versieren.

Fijne Kerstdagen!'

Ze schrikt zelf van haar stem als ze hem na roept: "Dank u wel! Voor u en uw vrouw ook fijne dagen."

De man kijkt om, steekt zijn hand op en loopt weer verder.

Ze kijkt in het tasje naar de zilveren ballen en het rode lint.

Het dennengroen geurt heerlijk, een geur uit het verleden.

Kerst, ze heeft het al lang niet meer gevierd.

Ik kijk toe als ze in de keuken de takken begint te versieren.

Haar gezicht lijkt zachter dan eerder op de dag.

Al die mensen aan de deur ze lijken zo bekend.

Ze strijkt door haar nog vochtige haar, een rimpel verschijnt op haar voorhoofd.

Plots weet ze het, de moeder van de jongen, de mensen aan de deur het waren ooit haar medewerkers.

Ze was indertijd te druk om hen echt op te merken, daarom herkende ze hen niet meteen.

De vrouw schaamt zich en slaat de handen voor haar ogen, even denk ik dat ze breekt.

Ze recht haar rug, even zie ik weer de elegante houding van vroeger terug, loopt naar de kast, rommelt wat in een laatje en

haalt er een pak vergeelde kerstkaarten uit.

Ze gaat aan tafel zitten en begint te schrijven.

Ik kijk over haar schouder mee.

'Het spijt mij dat ik u nooit zo behandeld heb zoals u mij

vandaag behandelt. 

Hartelijk dank voor het mooie kerststuk.

Uw gebaar is hartverwarmend.

Ik heb het niet verdiend.'

Ook de andere kaartjes schrijft ze vol.

Ze staat op en pakt haar jas.

Ik loop achter haar aan de deur uit.

Ze belt bij de overburen aan, er wordt niet open gedaan.

Dan maar naar haar buren, ook daar blijft de deur dicht.

Ze kijkt om als ze het koortje ‘Stille Nacht’, hoort zingen.

Ze staan verderop bij een witte tent.

Er staan vuurkorven, ze hoort gelach, mensen zingen mee.

Even aarzelt ze, weer recht ze haar rug en loopt naar de tent toe.

Ze ruikt het dennengroen, hoort het knapperen van het hout in de vuurkorven.

Als in een roes loopt de vrouw de tent in, ze duwt de kleine jongen een kaart in zijn handen.

Haar ogen zoeken zijn moeder, ook zij krijgt een kaart.

Daarna loopt ze naar haar buurvrouw ook die krijgt er één.

De man van de hond drukt een glas glühwein in haar handen.

Ze kijkt aarzelend om haar heen.

Zijn echtgenote komt naar haar toe en zegt uitnodigend: "Vrolijk kerstfeest.

Welkom op onze kerstborrel."

Het gezicht van de vrouw straalt nu zachtheid uit.

Ik zie haar hart ontdooien.

Ze heeft nog nooit zo'n mooie kerstavond beleefd.

Ze voelt eindelijk de liefde en warmte van mensen die vanuit hun hart  leven.

Haar hart is aangeraakt door de mensen en door mij.

Mijn taak zit er op, ik kan naar de volgende wiens hart ontdooid moet worden.



Volgend jaar ga ik weer eens bij haar kijken, ik weet nu al dat ze dan

op 24 december druk is met voorbereidingen voor de kerstborrel.

Ze kent dan iedereen bij naam en zingt vrolijk de kerstliedjes mee.

En Kerst, dat viert ze dan met haar familie.

 


 

 

©Carola

Youve Lifecoaching en Mediumschap

Op zoek naar je Kracht? Youve zoekt mee.

www.youve.nl

 

 

Carola van Haaften is medium, gediplomeerd Lifecoach en ervaringsdeskundige

angstaanvallen.

Door haar levenservaring en mediamieke gave is zij in staat mensen te begeleiden in hun

zoektocht naar zichzelf en hen inzichten en tools te geven om naar hun kern en innerlijke

kracht te gaan.

Zij heeft haar eigen praktijk in Delft:

Youve Lifecoaching en Mediumschap

Youve is een samenvoeging van You en Have, dit staat voor:

                                                  JIJ HEBT alles in je om een krachtig persoon te worden.